Recensie – Nicodemus
Een betoog van Nicodemus? De Hebreeenbrief herlezen.
Over de schrijver van de brief verschillen de meningen. Was het Apollos of Barnabas? De auteur kiest voor Nicodemus met een vraagteken. Bekend uit het evangelie van Johannes. Hij ziet overeenkomsten tussen dit evangelie en deze brief: 1:1-2;1:5;3;1;10:19. De schrijver is dus een Joodse Schriftgeleerde, die Jezus heeft aanvaard als de beloofde Messias. Uit de hele brief blijkt zijn bekendheid met Tenach (ons Oude Testament). Die kennis veronderstelt hij ook bij zijn lezers. Honderd keer citeert hij uit de Septuaginta (de Griekse vertaling van Tenach). De brief is dus geschreven aan Joodse christenen. Vaak is de brief gelezen als een bewijs: het Joodse volk heeft afgedaan. Het christelijk geloof is nu de ware godsdienst. Maar daarin wordt niet gesproken over de volken, de gojim. De brief, het betoog, is bedoeld om zijn Joodse lezers tegen alle twijfel en verwijdering binnen de Joodse gemeenschap aan te sporen om te blijven vertrouwen op Jezus als de Messias en Hogepriester.
Deze visie op Jezus is uniek. Nergens anders in het Nieuwe Testament wordt Hij zo genoemd. Een duidelijk bewijs: In Hem wordt het verbond van JHWH met het Joodse volk niet afgedaan als oud en voorbijgaand. Het wordt juist vernieuwd, krachtiger, gerepareerd. Het oude verbond schoot tekort. Het volk kon de Thora niet volmaakt gehoorzamen. Aaron en de Levitische priesters konden geen blijvende afwassing van zonden bewerken. Door zijn gehoorzaam Thoraleven en zijn bloedstorting als offer aan God kon Jezus dat wel. Daarom is Hij de hoger-priester dan de hogepriester Aaron. Naar de ordening van Melchizedek. Vanuit de eeuwigheid. Hij is van God. Hij Pre-existent. God heeft Hem dit hoger-priesterschap gegeven als Gods Zoon. De Priester-Koning. Het hele Joodse volk van verleden, heden en toekomst. Aaron en alle Levitische priesters hebben hun redding en een heerlijke toekomst aan Hem te danken. Maar door de offers op het Loofhuttenfeest komen ook de gojim in beeld. Dat geldt temeer van de hoger-priester Jezus.
Onvoorstelbaar, wat dit voor een Jood betekent. Het einde van een eeuwenlange traditie. Hoe nu verder? De tijd is nu aangebroken om in verbondenheid aan de Zoon als zijn volk de priesterdienst in de wereld te vervullen. Geboden uit de Thora blijven gelden. De offerdienst wordt omgezet in een aan Godgewijde praktische levenswandel.
De auteur eindigt zijn luisteroefening met een aantal vragen. Hoe doen wij recht aan deze brief in “ons” Nieuwe Testament? Wat betekent deze brief voor onze kijk op het Joodse volk en op Jezus zelf? Hoe hebben wij deze brief in het verleden verstaan? Hoe preek je erover?
De auteur geeft een eigen vertaling van de tekst. Citaten uit de Septuaginta zijn cursief gedrukt met verwijzing naar de plaats, waar die staat in Tenach. Daardoor is te zien, wanneer de schrijver zelf aan het woord is en wanneer hij citeert. Daardoor is de tekst gemakkelijk leesbaar geworden en komt de heerlijkheid van Jezus Christus nog duidelijker naar voren. Ook deze luisteroefening past helemaal in de traditie van het onderzoek van de Schriften in de Joods-christelijke dialoog, zoals wij die al vele jaren van de auteur kennen. Zijn Bijbeluitleg wordt wel omschreven als “Christelijk geloof met een Hebreeuws (Joods) ijkpunt”.
Van harte aanbevolen. Namens de Commissie Kerk en Israël, J.A. van der Velden.