Recensie : Als de bloesem valt
Als de bloesem valt…
Oorlog duurt langer dan je denkt
“Ik heb de envelop met kampboekjes nog steeds”. Zo opent dit boek van dochter Marleen wier moeder in een Jappenkamp heeft gezeten en daar haar leven lang de gevolgen met zich heeft meegedragen. Het boek bevat jeugdherinneringen van haar moeder waaruit blijkt dat de oorlog bij haar moeder altijd onderhuids aanwezig is gebleven. Een markant voorbeeld is de heftige reactie van haar moeder wanneer Marleen vertelt dat ze in een Japans restaurant heeft gegeten. Haar moeder is in feite zwaar getraumatiseerd, zij heeft de oorlog weliswaar overleefd maar de vraag is wel hoé. Zij is voor de rest van haar leven slachtoffer van haar kampervaringen gebleven. ‘Ze torste het mee op haar rug, in haar lijf. Haar hoofd was erdoor aangevreten, haar zenuwstelsel verscheurd’ (p. 90).
Dat geldt – gelukkig – lang niet voor iedereen. Veel mensen vonden de kracht en levensvreugde terug na de oorlog en gingen min of meer ‘gewoon’ verder met hun leven. In de jaren na de oorlog was de mentaliteit ook op z’n Rotterdams gezegd ‘niet lullen maar poetsen’. Achteraf is het gemakkelijk om het gebrek aan aandacht voor mensen te beoordelen maar toen moest het land weer worden opgebouwd en in die tijd wás er ook minder aandacht voor persoonlijke gevoelens.
De korte hoofdstukjes in dit boek Als de bloesem valt… gaan sterk heen en weer in de tijd. Nu eens komt de lezer in de oorlogsjaren van Marleens moeder terecht, dan weer in een periode daarna en een andere keer zijn het meer recente ervaringen. Dat maakt het ondanks de betrekkelijk geringe omvang wat moeilijk om echt grip op het verhaal te krijgen dat door deze opzet een duidelijke structuur mist. Ieder hoofdstukje beschrijft weer iets ander en de hoofdstukjes hebben weinig en soms helemaal geen verband met het voorgaande. Het zijn meer persoonlijke aantekeningen en herinneringen die in dit boekje achter elkaar zijn gezet.
Tegelijk is deze opzet van Als de bloesem valt… misschien ook wel symbolisch voor de uitwerking die de ervaringen van Marleens moeder op Marleen hebben en tonen zij de uiteenlopende gevoelens waarmee iemand van de tweede generatie wordt geconfronteerd. Duidelijk wordt wel dat oorlogservaringen langer duren en zich over meerdere generaties uitstrekken dan de duur van de oorlog zelf.
Marleen zoekt hulp bij Centrum 45 en vindt daar erkenning en herkenning. Dat is een beslissende gebeurtenis die langzaam de deur opent naar een andere toekomst waarin Marleen langzaam maar zeker zichzelf hervindt en openingen vindt naar haar verdere leven. Met name voor kinderen van ouders die in een Jappenkamp hebben gezeten, is dit boek van belang. Gezien de tweede druk die dit jaar is verschenen, voorziet het wel in een behoefte.
Recensent: Evert van der Veen